Sommige mensen hebben geestelijke problemen en
kunnen daarvoor niet door de reguliere hulpverlening of een gewoon pastoraal
gesprek geholpen worden. Dan kan het zijn dat de problemen een demonische
oorzaak hebben of dat er sprake is van ongezonde bindingen of denkpatronen. Zij
kunnen dan lijden aan een vorm van demonische gebondenheid of zelfs
bezetenheid.
Gebonden wil zeggen: een persoon heeft
niet altijd de volledige controle over bepaalde gebieden van zijn wil. Boze
geesten zijn de baas over dat terrein van zijn leven en maken daar de dienst
uit. Dat hoeft overigens niet permanent te zijn. De gebondenheid kan zich bij
tijd en wijle openbaren.
Enkele symptomen van gebondenheid: De
hulpvrager krijgt een groeiende weerstand tegen Jezus Christus, de kerk,
bidden, geestelijke liederen en de Bijbel. Soms veroorzaakt de gebondenheid
zintuiglijke storingen.
Psychische symptomen als woedeaanvallen,
zelfverminking of zelfmoordneiging, depressiviteit en allerlei angsten,
dwanggedachten, het horen van stemmen en sterke gevoelens van minderwaardigheid
kunnen aanwijzing zijn voor gebondenheid, maar ze kunnen ook een psychische
oorzaak hebben.
Een veel duidelijker aanwijzing voor een
demonische invloed is het ontwikkelen van ‘paranormale gaven’ zoals
helderziendheid, magnetisme, wichelroededuiding en dergelijke.
Bij bezetenheid hebben boze geesten
de volledige controle over de wil van de bezetene. Dat is nooit permanent. Er
zijn altijd momenten waarbij de bezetene wel over zijn eigen wil beschikt en
dan bijvoorbeeld hulp kan vragen. Bezetenheid komt zelden voor. Meestal hebben
we te maken met gebondenheid.
Bevrijdingspastoraat is een vorm van pastoraat
waarbij de hulpvrager leert de controle over zijn wil terug te winnen. Het kan
nodig zijn dat hiervoor demonen moeten worden weggestuurd. Dan zal dat altijd
gebeuren in de naam van Jezus. Jezus Christus heeft zijn volgelingen de
opdracht gegeven om demonen uit te drijven in Zijn naam. ‘Daarop riep hij zijn
twaalf leerlingen bij zich en gaf hun de macht om onreine geesten uit te
drijven en iedere ziekte en elke kwaal te genezen.’(MatteĆ¼s 10:1) Hier
hebben de apostelen zich altijd aan gehouden. ‘Toen Paulus er genoeg van kreeg,
sprak hij de geest als volgt toe: “Ik beveel je in de naam van Jezus Christus:
verlaat haar!” En op datzelfde moment ging de geest uit haar weg.’ (Handelingen
16:18)